Inleiding
Conditioneren is een term die je in honden training vaak tegenkomt, maar wat betekent dit nou eigenlijk? In de basis gaat het om gedrag van de hond aan te passen door grenzen te stellen en door te belonen. In veel soorten training worden deze theorieën gebruikt. (Bijvoorbeeld bij clicker training.) Als je klassieke conditionering of operante conditionering opzoekt op internet kom je veel onderzoeken en wetenschappelijke stukken tegen. Wij proberen het hier zo duidelijk mogelijk uit te leggen.
Klassieke conditionering.
Honden leren door acties te koppelen aan gevolgen, als voorbeeld; Je pakt de riem en de hond begint te kwispelen en komt naar je toe om hem aan te lijnen. Dit heeft de hond geleerd door de actie; *Jij pakt de riem* met als gevolg; *We gaan een wandeling maken*. Dit heeft zich al een aantal keer voorgedaan en nu heeft de hond deze koppeling gemaakt. Als je hond het dus leuk vind om te gaan wandelen, is het logisch dat hij zo vrolijk wordt en naar je toekomt.
Om klassieke conditionering een te vermenselijken, wanneer een kind voor het eerst bij een dokter is een een naald zien, zullen ze niet direct gaan huilen. Wanneer ze echter al een keer geweest zijn, is de kans aanwezig dat ze al gaan huilen het moment dat ze de naald zien bij de dokter omdat ze dit de vorige keer niet prettig vonden. Vaak wordt klassieke conditionering ook gebruikt in marketing. Het product dat verkocht moet worden zou ons een positief gevoel moeten brengen zodat de kans toeneemt dat wij het kopen. Denk bijvoorbeeld aan reclame van kleding waar vaak een aantrekkelijke man of vrouw de kleding draagt.
Operante conditionering.
Zoals al vermeld leren honden door acties te koppelen aan gevolgen. Door onderzoeken van B.F. Skinner in 1937 is operante conditionering tot stand gekomen. In operante conditionering gaat het om 4 verschillende stijlen van conditioneren. Houd er rekening mee dat positief niets meer betekent als iets toevoegen, en negatief niets meer betekent als iets weghalen. Het is dus niet dat positief altijd leuk is of negatief altijd vervelend. Met dat in gedachte gaan we naar de volgende begrippen;
1. Positieve bekrachtiging. (+)
Dit is een veel voorkomende trainingsmethode die het beste werkt om honden nieuwe gedragingen aan te leren. Door een beloning toe te voegen, wordt gedrag bekrachtigd om nog een keer uit te voeren. Voorbeeld; Je vraagt de hond om te zitten, de hond gaat zitten en je geeft hem een beloning. Dit is voor je hond een leuke ervaring dus wordt hij gestimuleerd om het vaker te doen, dus, bekrachtigd.
2. Negatieve bekrachtiging. (-)
Dit is waar het iets ingewikkelder wordt. Er wordt nu namelijk iets weggehaald om een gedrag te bekrachtigen. Voorbeeld; Er wordt druk op de kont van de hond gegeven om hem te laten zitten, de hond gaat zitten en de druk wordt weggehaald. Voor de hond wordt een negatieve ervaring (de druk op zijn kont) weggehaald wanneer hij gaat zitten, waardoor hij dit gedrag de volgende keer sneller zal vertonen.
3. Positieve straf. (+)
Bij een positieve straf wordt er iets toegevoegd om het gedrag af te laten nemen. Voorbeeld; De hond springt op bij iemand, hij wordt gecorrigeerd aan zijn halsband. Door het toevoegen (+) van een correctie (straf) zal de hond dit gedrag minder vaak vertonen.
4. Negatieve straf. (-)
Hier wordt iets weggehaald om het gedrag af te laten nemen. Als voorbeeld; Je bent aan het wandelen met je hond en hij begint te trekken, je stopt met wandelen en wacht tot je hond stopt met trekken. Door het wandelen weg te halen (-) zal de hond minder vaak trekken.
Conclusie.
Uiteindelijk is operante conditionering dus niets meer dan het gebruiken van bekrachtiging en straffen om gedrag van de hond aan te passen. Door operante conditionering zal een gedrag dat bekrachtigd wordt vaker voorkomen en een gedrag dat gestraft wordt afnemen. Om het een beetje te vermenselijken, al je een bonus krijgt op je werk omdat je het goed hebt gedaan, zal je waarschijnlijk in de toekomst het weer zo goed doen zodat je de bonus nogmaals krijgt. Krijg je een officiële waarschuwing, zal je het waarschijnlijk minder snel nog een keer doen. Hier wordt dus een positieve straf gebruikt om grenzen te stellen en het gedrag te verminderen.
Tot zover de theorie achter de termen klassieke conditionering en operante conditionering. Hopelijk heb je er iets van geleerd en ga je dit herkennen wanneer je aan het trainen bent met je hond.
Namens Dogs in Control veel succes met het trainen van je hond!